Geboren in 1984, beeldredacteur bij nrc.next. Foto: zelfportret van Sterre Sprengers.
Sterre Sprengers studeert drie jaar aan de Hoge School voor de Kunsten in Utrecht, richting documentaire fotografie. Ze voltooit haar opleiding aan de Koninklijke Academie in Den Haag. Ze studeert er in 2008 af als fotograaf.
Tijdens haar studie loopt ze stage bij nrc.next. Na haar studie gaat ze hier werken als beeldredacteur. Ze is ook verantwoordelijk voor de fotoblog van de krant.
Sterre: 'Ik merkte tijdens mijn studie al dat ik heel graag met fotografie wil werken, maar niet zo de behoefte heb om zelf foto's te maken. Ik kwam erachter dat er een stap zit tussen wat de fotograaf maakt en hoe zijn werk wordt gebruikt en dat fotografen vaak heel ongelukkig zijn hoe hun foto's worden gebruikt. En daar zag ik voor mijzelf een rol, als fotoredacteur of curator of samensteller van een fotoboek. Ik merkte dat ik dat ontzettend leuk vond. Opleidingen voor fotoredacteur zijn heel beperkt, vooral gericht op grafische ontwerpers die er beeldredactie bij willen doen. Maar dat gaat dus niet over wat je nodig hebt, in een krant bijvoorbeeld, waar je dat vandaan haalt of hoe je dat laat maken. Dat moet je in de praktijk leren.'
En dat doet Sterre bij nrc.next, in een journalistieke omgeving en dat begon al tijdens haar stage: 'Ik had totaal geen ervaring, geen ervaring met kranten of hoe die gemaakt worden. Het verschil tussen een redacteur en een journalist, ik had geen idee. Maar ik hield altijd al van nieuws, dat was een soort aangeboren behoefte, altijd het journaal kijken, altijd de krant lezen. Vanaf heel jong al. Veel meer dan de fotografie is het een competitieve wereld, je bent geen collega's maar bijna concurrenten en het is altijd een strijd om de ruimte in de krant. Het is altijd een strijd: of meer tekst of meer beeld. Iedereen wil de beste zijn en dan krijg je ook de beste dingen en komen de beste boven drijven. Maar je moet wel sterk in je schoenen staan. Dat geldt voor journalisten onderling, maar om dan de fotografie te beschermen, dat is best een uitdaging.'
De krant is van de schrijvers? Sterre: 'Vaak zien journalisten wel het belang van beeld, zien ze wel dat een pagina aantrekkelijker wordt voor een lezer als er een foto opstaat, maar: dat hoeft toch niet zo groot en waarom staat niet op de foto wat ik ook geschreven heb. Hoe letterlijker, hoe beter ze het vinden. Je hebt daar altijd discussie over, en die discussie blijft ook. Ze leren niet wat de kracht van beeld kan zijn.
Beeldredactie bestaat nog niet zo lang. Vroeger lag het bij de vormgeving en bij en aantal gratis kranten is dat nu ook weer zo, door bezuiniging op de beeldredactie. Hoofdredacteuren staan er vaak te ver vanaf en zij komen allemaal uit de redactionele hoek.
Elke keuze moet je kunnen beredeneren in hun taal. In het begin vond ik dat ook heel lastig, want keuzes zijn voor een groot gedeelte ook gevoelsmatig, vaak in een flits en dan moet je achteraf beredeneren waarom je die keuze maakte. En dan moet je het ook nog eens heel goed kunnen beargumenteren, want alles valt of staat met de argumenten in de journalistiek. En dan maar bewijzen dat je goede keuzes maakt waardoor mensen steeds meer vertrouwen krijgen en gaan denken: als Sterre het zegt zal het wel zo zijn. Als ze je vertrouwen kun je steeds weer een stapje zetten, steeds weer iets verder gaan.'
Alles moet altijd weer sneller, want lezers hebben geen geduld meer en worden boos als hun krant het nieuws niet brengt en een ander wel. Dus wordt er steeds meer gekocht bij de fotobureaus en minder zelf gemaakt. Maar bij nrc.next lijken ze een andere weg in te slaan. Sterre: 'Eerst waren we heel erg bezig met het nieuws volgen, maar nu kijken we vaak verder en zoeken we naar de duiding. Dat biedt ook weer mogelijkheden voor de fotografie, want als je een dag langer hebt dan kun je wel weer een fotograaf op pad sturen.
De generatie waar nrc.next voor wordt gemaakt, vindt het nieuws wel elders. Ze lezen de krant veel meer om de duiding en de verdieping en om de uitleg erbij te krijgen en dat hoef niet de volgende dag, maar mag best een dag langer duren. Het moet weer terug naar de kwaliteit, dus niet wie als eerste het nieuws heeft, maar dat we het in een context plaatsen, waardoor je het beter gaat snappen.
We maken dagelijks gemiddeld 32 pagina's en op elke spread staat 1 grote foto. 30% daarvan is nog zelf gemaakt. Ik wil dat we meer zelf gaan maken, er met fotografen samen over na gaan denken. Als we ons willen onderscheiden dan zullen we het op een andere manier moeten gaan doen. En dat vinden we eigenlijk ook het allerleukst.'
Wat kan het fotoblog gaan betekenen voor fotografen? Sterre: 'Het blog bestaat nu twee jaar en het is een volledig gratis product. Met de mensen waarmee we de krant maken, maken we ook dat blog, want we hadden helemaal geen geld. Nu blijkt dat heel goed te werken. Dus we kunnen nu meer gaan doen.
De insteek van het blog is meer persoonlijk. Als ik iets interessants zie, dan mag ik dat erop zetten en kan ik er mijn verhaal bij vertellen. Zonder tussenkomst van de redactie. Het gaat niet om het laatste nieuws, maar het is een soort van gids. Het gaat ervan uit dat iedere redacteur zijn persoonlijke interesses heeft. En we nodigen ook experts uit, gastbloggers.
Er zijn steeds meer fotografen, die ook kunnen filmen met hun camera, in goede kwaliteit en die dat ook steeds vaker doen, uit zichzelf. Dus als wij ze op pad sturen dan gaan ze ook al filmen. We hopen dat we nu ook op dat blog daar meer ruimte voor kunnen maken. Dus in de krant een foto en op het blog een aanvulling in de vorm van een fotoserie of een film.
In de toekomst moet ik misschien aan het begin van de dag al bedenken wat ik laat fotografen, laat filmen of waar ik een slideshow van wil laten maken. Er zijn fotografen die de mogelijkheden graag willen onderzoeken en anderen die dat niet willen. Maar filmen hoeft niet. Je kan op internet natuurlijk ook de hele serie laten zien, met een verhaal van de fotograaf erbij hoe het precies is gegaan. En vaak hebben ze hele bijzondere verhalen die je in het beeld niet terugziet.'
Zoekt nrc.next meer naar documentaire fotografen dan naar fotojournalisten? Sterre: 'Ja, want ik denk dat alle jonge fotografen die voor ons werken geen klassiek opgeleide fotojournalisten zijn. Ze hebben vaak documentaire fotografie gestudeerd of mode. Ze komen uit heel andere hoeken, maar kunnen ook heel interessante dingen voor de krant maken. Je hebt steeds minder jonge journalistieke fotografen.
Het nieuwsfeit is de aanleiding om te fotograferen, echte reportage, het verslag van een dag of het verslag van een gebeurtenis. Het nieuws is leidend, daar richt je de camera op. In de documentaire fotografie is snelheid veel minder belangrijk en gaat het minder om het nieuws zelf en meer om wat erom heen gebeurd. Als documentaire fotograaf kun je meer een eigen verhaal vertellen. Fotografen zijn echt kijkers, die kunnen in beeld een verhaal vertellen. Hoe subjectiever hoe beter, bij wijze van spreken, want de journalist vertelt al wat er is gebeurd in woorden en aan de fotograaf dan de taak om daar een aanvulling op te maken. De foto hoeft niet meer te bewijzen wat de journalist al heeft verteld. Sfeer, emotie, details bij een portret bijvoorbeeld. Dat kun je beter laten zien dan beschrijven.'
Voor het geld moet je het niet doen. Sterre: 'Het is bar slecht gesteld. We proberen ze naar redelijkheid te betalen voor wat ze doen. Maar fotografen moet veel handiger worden. Ze moeten klaar staan voor een opdrachtgever en ondertussen met eigen werk bezig zijn. En op het moment dat ze gestuurd worden voor een opdracht, kunnen ze misschien nog meer maken wat weer binnen een andere context past. Beelden die wij niet gebruiken kunnen ze later weer verkopen via fotobureau Hollandse Hoogte.
Fotografen moeten niet meer thuis wachten tot wij bellen, want dat gebeurt minder en ze krijgen minder betaald. Er zijn er nog een paar fotografen, die van de krant kunnen leven, want die hebben een soort van contract. Maar niet bij ons. Wij zijn te klein, onze oplage is er te laag voor.
We hebben een groep van een stuk of 20 fotografen die we met enige regelmaat vragen. Minder vind ik eerlijk gezegd niet zo aantrekkelijk en de fotografen met wie we werken, zouden ook niet meer willen en kunnen, die hebben ook andere opdrachtgevers of werken aan grote projecten. Het is van beide kanten veel vrijblijvender.
We proberen niet te bezuinigen op beeld en dat lukt aardig goed. We zijn niet minder gaan betalen en geven ook niet minder opdrachten. Het budget is niet minder geworden. Bij ander kranten zie ik wel dat ze met minder fotografen werken en dat journalisten zelf gaan fotograferen. Dat vind ik vreselijk. Die beelden willen we niet, want dan schrijf je en kijk je op dezelfde manier. En dat wil je juist niet. Goed beeld maken is nog steeds echt een kunst. En ik wil ook dat iemand die beelden maakt, heeft leren kijken. Bij ons is het gewoon geen optie dat journalisten gaan fotograferen.'
Wat bepaalt de kwaliteit van een fotograaf? Sterre: 'Techniek is nog steeds heel belangrijk, ook hoe je het beeld bewerkt en aanlevert. Technische bagage en kennis moet je gewoon hebben. En verder is het vooral inhoudelijk. Ik wil graag verrast worden door wat de fotograaf heeft gezien, maar dat kan ook zijn door de manier waarop hij het gefotografeerd heeft. Ik bereid het graag samen met de fotograaf voor, wat we gaan doen en hoe. Ik geef de fotograaf dan zo veel mogelijk informatie, zodat hij goed is voorbereid. Ik hou dan ook al rekening met de presentatie. Veel onderwerpen komen regelmatig terug en dan probeer je het toch steeds weer anders te fotograferen. Zelf laten maken blijft de ambitie en de uitdaging, want dat kun je het op de meest eigenzinnige manier doen.
Wij zoeken echt een bepaald soort fotografen, het moet passen binnen de stijl en het doel van de krant. Dus meer documentair dan fotojournalistiek beeld, een eigen verhaal dat niet precies het nieuwsmoment is. De beelden moeten iets helders, open, transparant hebben. Maar het blijft moeilijk te benoemen. Je moet onderdeel zijn van wat er gebeurd. Geen telelenzen vanaf de perstribune, dat komt al via de persbureaus binnen.
Sterre begrijpt wel dat zoveel jongeren fotograaf willen worden: 'Het is een heerlijk gevoel om een beeld te maken, als je het goed doet is het mooier dan de werkelijkheid. Rolmodellen zijn vaak de succesvolle fotografen: Rineke Dijksta, Inez van Lamsweerde, Erwin Olaf, David LaChapelle,. maar ook Joost van den Broek. Overeenkomst is dat ze allemaal hele mooie beelden maken. Esthetiek maakt zaken toegankelijk, leesbaar en dat is iets wat die fotografen allemaal heel goed beheersen. Fotografie heeft een verbeeldende kracht, je kunt er heel veel instoppen.
Ik had niet zo'n behoefte om zelf foto's te maken en met mijn portfolio te leuren. En nu komen ze bij mij langs en dat is heel leuk want ik kan ze helpen. Veel fotografen zijn zo hard op zoek naar werk, dat ze niet meer bedenken bij wie ze eigenlijk langs moeten gaan. Desperaat bijna. Ik probeer ze dan wel te helpen met tips hoe ze het aan moeten pakken, dat ze niet iedereen moeten aanschrijven, maar wel kort moeten uitleggen waarom ze voor mij willen werken. Dat je leuke dingen wilt maken en dat je mensen zoekt om dat mee te kunnen doen.
Fotografen die wel weten wat ze willen, daar heb je heel andere gesprekken mee. Meer wat je voor elkaar kunt betekenen.
Als beginnend fotograaf moet je al een goed verhaal hebben, je moet jezelf kunnen verkopen, goede foto's alleen zijn niet genoeg. Ik wil weten hoe hij werkt, wat hij wil maken, wat hij al gemaakt heeft.
Ik probeer iedere week 1 à 2 fotografen uit te nodigen. Heel inspirerend ook al is er niet voor iedereen werk, maar ik kan ze in ieder geval uitleggen hoe het is om voor een krant te werken, hoe ze zich beter kunnen verkopen en vaak zitten er ook nog wel beelden in hun portfolio waar we iets mee kunnen doen.'